Debutantentornooi, 21 april 2014 : REGLEMENT
A) BEDOELING / VISIE
We
willen vooral de schaakmicrobe laten kriebelen bij beginnende schakertjes,
waarbij een leuke namiddag primeert op het resultaat !
De kinderen worden niet verdeeld volgens leeftijd, maar volgens schaakervaring.
Het is de bedoeling dat uiteindelijk kinderen van ongeveer eenzelfde niveau tegen elkaar uitkomen
en onderling strijden voor een gouden, zilveren of bronzen medaille.
Ook kinderen met nog een beperkt schaakniveau, hebben kans om een gouden medaille te behalen.
Iedereen mag op het erepodium, iedereen krijgt een medaille en een gelijke prijs.
Omdat het resultaat van minder belang is,
is er niet echt een eindklassement (enkel medailleverdeling per groepje van 4).
Om bij te leren, zullen de scheidsrechters en een aantal begeleiders de kinderen duiden
als er bv. een onreglementaire zet gebeurt of als het toch geen mat zou zijn.
We hopen dan ook dat iedereen in deze sportieve sfeer het tornooi beleeft
en de beslissingen van de scheidsrechters respecteert.
waarbij een leuke namiddag primeert op het resultaat !
De kinderen worden niet verdeeld volgens leeftijd, maar volgens schaakervaring.
Het is de bedoeling dat uiteindelijk kinderen van ongeveer eenzelfde niveau tegen elkaar uitkomen
en onderling strijden voor een gouden, zilveren of bronzen medaille.
Ook kinderen met nog een beperkt schaakniveau, hebben kans om een gouden medaille te behalen.
Iedereen mag op het erepodium, iedereen krijgt een medaille en een gelijke prijs.
Omdat het resultaat van minder belang is,
is er niet echt een eindklassement (enkel medailleverdeling per groepje van 4).
Om bij te leren, zullen de scheidsrechters en een aantal begeleiders de kinderen duiden
als er bv. een onreglementaire zet gebeurt of als het toch geen mat zou zijn.
We hopen dan ook dat iedereen in deze sportieve sfeer het tornooi beleeft
en de beslissingen van de scheidsrechters respecteert.
B) Verdeling in groepen
De spelers worden in 3 groepen ingedeeld :
- Stap 1 + schoolschakertjes (tot 2 jaar ervaring)
- Stap 2 + schoolschakertjes (met meer dan 2 jaar ervaring)
- Stap 3
Elke groep wordt verdeeld in een A-reeks en B-reeks.
Hierbij proberen we zoveel mogelijk te splitsen:
- spelers van zelfde club / school
- spelers van top-10 in debutantencriterium
- Stap 1 + schoolschakertjes (tot 2 jaar ervaring)
- Stap 2 + schoolschakertjes (met meer dan 2 jaar ervaring)
- Stap 3
Elke groep wordt verdeeld in een A-reeks en B-reeks.
Hierbij proberen we zoveel mogelijk te splitsen:
- spelers van zelfde club / school
- spelers van top-10 in debutantencriterium
C) Tornooiformule
DEEL 1 = voorrondes
4 partijen van 10 minuten per speler per partij (Zwitsers systeem, PairTwo)
Na deze 4 partijen wordt een tussenklassement gemaakt, met als scheidingspunten :
1.Bucholtz, 2.Median Bucholtz, 3.Voortschrijding, 4. Onderling resultaat, 5. Loterij.
Uiteindelijk heeft de voorronde enkel de bedoeling om daarna gelijkwaardige
kwartetten te kunnen opstellen voor A-finale, B-finale, C-finale enz. …
DEEL 2 = finalegroepen
Op basis van het tussenklassement worden gelijkwaardige kwartetten gemaakt :
- A-finale : elke 1ste en 2de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- B-finale : elke 3de en 4de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- C-finale : elke 5de en 6de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- …
Indien het aantal deelnemers per stap geen veelvoud is van 4,
zorgen we dat de laatste groepen toch groepen van 3 zijn, als volgt :
- 1 kind over : groepen van 4-4-1 worden groepen van 3-3-3
- 2 kinderen over : groepen van 4-2 worden groepen van 3-3
In stap 2 en stap 3 worden zo 3 partijen gespeeld,
dus iedereen tegen iedereen (15 minuten per speler per partij).
Bij groepen van 3 spelen we 2 partijen en 1 x bye.
Bij stap 1 spelen we slechts 2 partijen (15 minuten per speler per partij) :
- eerste partij : halve finale (A1 tegen B2 en A2 tegen B1)
- tweede partij : winnaars tegen winnaars, verliezers tegen verliezers
(met wissel van kleuren of indien beide zelfde kleur : loten om kleur)
Indien een remise in halve finale, wordt er een 2de partij gekoppeld,
met wisselende kleuren en een eindklassement met punten op 2.
Als er groepjes van 3 zijn bij stap 1,
worden er 2 partijen gespeeld van 10 min. per speler + 1 x bye.
4 partijen van 10 minuten per speler per partij (Zwitsers systeem, PairTwo)
Na deze 4 partijen wordt een tussenklassement gemaakt, met als scheidingspunten :
1.Bucholtz, 2.Median Bucholtz, 3.Voortschrijding, 4. Onderling resultaat, 5. Loterij.
Uiteindelijk heeft de voorronde enkel de bedoeling om daarna gelijkwaardige
kwartetten te kunnen opstellen voor A-finale, B-finale, C-finale enz. …
DEEL 2 = finalegroepen
Op basis van het tussenklassement worden gelijkwaardige kwartetten gemaakt :
- A-finale : elke 1ste en 2de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- B-finale : elke 3de en 4de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- C-finale : elke 5de en 6de van de A-reeks en B-reeks van zelfde stap
- …
Indien het aantal deelnemers per stap geen veelvoud is van 4,
zorgen we dat de laatste groepen toch groepen van 3 zijn, als volgt :
- 1 kind over : groepen van 4-4-1 worden groepen van 3-3-3
- 2 kinderen over : groepen van 4-2 worden groepen van 3-3
In stap 2 en stap 3 worden zo 3 partijen gespeeld,
dus iedereen tegen iedereen (15 minuten per speler per partij).
Bij groepen van 3 spelen we 2 partijen en 1 x bye.
Bij stap 1 spelen we slechts 2 partijen (15 minuten per speler per partij) :
- eerste partij : halve finale (A1 tegen B2 en A2 tegen B1)
- tweede partij : winnaars tegen winnaars, verliezers tegen verliezers
(met wissel van kleuren of indien beide zelfde kleur : loten om kleur)
Indien een remise in halve finale, wordt er een 2de partij gekoppeld,
met wisselende kleuren en een eindklassement met punten op 2.
Als er groepjes van 3 zijn bij stap 1,
worden er 2 partijen gespeeld van 10 min. per speler + 1 x bye.
D) Medailleverdeling en prijsuitreiking
Stap 1 : grote finale (winnaars tegen winnaars) --> goud – zilver (of goud-goud bij remise)
kleine finale (verliezers tegen verliezers) --> zilver – brons (of zilver-zilver bij remise)
Als er remise is in halve finale, spelen we voor klassement met max. 2 punten
en worden de medailles navenant verdeeld : goud – zilver – brons.
Stap 2 en 3 : Volgens klassement van finalegroep --> goud – zilver – brons – brons
Bij gelijke stand : onderlinge partij als scheiding, anders gelijke medaille.
3-1-1-1 --> goud – zilver – zilver – zilver
2-2-2-0 --> goud – goud – goud – brons
Bij de A-finales van zowel stap 1 als stap 2 en stap 3,
worden bij gelijke stand als scheiding, na onderlinge partij,
ook de punten en scheidingspunten van de voorronde in rekening gebracht.
Voor de grote gouden medaille wordt er desnoods nog een blitz-partij gespeeld (5’ pppp).
Per afgewerkte finalegroep mogen de 4 kinderen naar het erepodium om hun medaille op te halen.
Daarna mogen ze hun aandenken en prijs ophalen, in ruil voor naamkaartje.
kleine finale (verliezers tegen verliezers) --> zilver – brons (of zilver-zilver bij remise)
Als er remise is in halve finale, spelen we voor klassement met max. 2 punten
en worden de medailles navenant verdeeld : goud – zilver – brons.
Stap 2 en 3 : Volgens klassement van finalegroep --> goud – zilver – brons – brons
Bij gelijke stand : onderlinge partij als scheiding, anders gelijke medaille.
3-1-1-1 --> goud – zilver – zilver – zilver
2-2-2-0 --> goud – goud – goud – brons
Bij de A-finales van zowel stap 1 als stap 2 en stap 3,
worden bij gelijke stand als scheiding, na onderlinge partij,
ook de punten en scheidingspunten van de voorronde in rekening gebracht.
Voor de grote gouden medaille wordt er desnoods nog een blitz-partij gespeeld (5’ pppp).
Per afgewerkte finalegroep mogen de 4 kinderen naar het erepodium om hun medaille op te halen.
Daarna mogen ze hun aandenken en prijs ophalen, in ruil voor naamkaartje.
E) Tijdsverloop
Tussen de partijen
van de voorronde kunnen de kinderen naar de bar of op de speelplaats.
We geven een (verschillend) ‘start’-signaal per stap : fluitsignaal, vuvuzela, toeter.
Bij de finalepoules (vaste groepjes van 4), blijven de kinderen wel aan de borden (of in buurt),
om zo meteen de nieuwe partij te kunnen beginnen.
We geven een (verschillend) ‘start’-signaal per stap : fluitsignaal, vuvuzela, toeter.
Bij de finalepoules (vaste groepjes van 4), blijven de kinderen wel aan de borden (of in buurt),
om zo meteen de nieuwe partij te kunnen beginnen.
F) Scheidsrechters, begeleiders
Vanuit de organiserende club, zijn er meerdere scheidsrechters per reeks.
We spelen volgens de gewone spelregels.
Er kan geen winst of tijd geclaimd worden op basis van een onreglementaire zet.
Ouders blijven buiten de afgebakende speelzones, op kijkafstand.
De regel geldt : ‘Kijkers zijn zwijgers’.
Ouders die zich daar niet aan houden, vragen we de tornooizaal te verlaten.
Omdat het op een debutantentornooi ook de bedoeling is om bij te leren,
laten we per club wel ‘begeleiders’ toe tussen de borden (enkel bij stap 1 en 2) :
--> vanaf 3 deelnemende kinderen per club / school : 1 begeleider
--> vanaf 8 deelnemende kinderen per club / school : 2 begeleiders
Begeleiders dragen als herkenning een badge.
We maken volgende AFSPRAKEN :
- we begeleiden met een sportieve en onpartijdige instelling
- we begeleiden niet enkel kinderen van eigen club
(na een partij kan je wel kort bepaalde zaken duiden)
- we blijven niet steeds aan zelfde bord staan
- indien nodig vragen we de ouders om te zwijgen
- opmerkingen over klok vergeten induwen, geven we enkel bij de eerste 2 partijen
(en niet bij laatste 5 minuten op klok)
- we vragen om klok in te duwen met zelfde hand waarmee gespeeld wordt
- we beantwoorden vragen van kinderen die om hulp vragen (klok stil)
- we geven geen tips en geven geen betere zetten aan
- we grijpen in als er een koning wordt geslagen
- we grijpen in bij onreglementaire zetten die we opmerken :
klok stilzetten + uitleg + terugplaatsen + klok terug opstarten
- we beoordelen bij einde partij en noteren uitslag op uitslagenblad
- we lichten toe als het geen mat is (klok stil) : zelf oplossing laten zoeken
- we lichten toe als het pat is
- bij twijfel, neemt scheidsrechter van de organiserende club een beslissing
We spelen volgens de gewone spelregels.
Er kan geen winst of tijd geclaimd worden op basis van een onreglementaire zet.
Ouders blijven buiten de afgebakende speelzones, op kijkafstand.
De regel geldt : ‘Kijkers zijn zwijgers’.
Ouders die zich daar niet aan houden, vragen we de tornooizaal te verlaten.
Omdat het op een debutantentornooi ook de bedoeling is om bij te leren,
laten we per club wel ‘begeleiders’ toe tussen de borden (enkel bij stap 1 en 2) :
--> vanaf 3 deelnemende kinderen per club / school : 1 begeleider
--> vanaf 8 deelnemende kinderen per club / school : 2 begeleiders
Begeleiders dragen als herkenning een badge.
We maken volgende AFSPRAKEN :
- we begeleiden met een sportieve en onpartijdige instelling
- we begeleiden niet enkel kinderen van eigen club
(na een partij kan je wel kort bepaalde zaken duiden)
- we blijven niet steeds aan zelfde bord staan
- indien nodig vragen we de ouders om te zwijgen
- opmerkingen over klok vergeten induwen, geven we enkel bij de eerste 2 partijen
(en niet bij laatste 5 minuten op klok)
- we vragen om klok in te duwen met zelfde hand waarmee gespeeld wordt
- we beantwoorden vragen van kinderen die om hulp vragen (klok stil)
- we geven geen tips en geven geen betere zetten aan
- we grijpen in als er een koning wordt geslagen
- we grijpen in bij onreglementaire zetten die we opmerken :
klok stilzetten + uitleg + terugplaatsen + klok terug opstarten
- we beoordelen bij einde partij en noteren uitslag op uitslagenblad
- we lichten toe als het geen mat is (klok stil) : zelf oplossing laten zoeken
- we lichten toe als het pat is
- bij twijfel, neemt scheidsrechter van de organiserende club een beslissing